Literatuur
- Haslinghuis, E.J. & H. Janse, Bouwkundige termen. Verklarend woordenboek van de westerse architectuur- en bouwhistorie. Leiden (Primavera Pers), 19973e druk, sterk uitgebreid [644 blz. ISBN 90.74310.33.8]. Hierin: blz. 188, 436 ("Steekgewelf: vlak segmentgewelf van weinig breedte en meestal ter dikte van een halve steen. Steunt op houten of ijzeren liggers en dient om een vloer boven een kelder te dragen. De lagen zijn loodrecht op de liggers gericht. Vgl. troggewelf" - dit is de relevante tekst volledig, getekend is de variant met houten balken. - opm.: de term "steekgewelf" wordt op blz. 186 en 188 uitsluitend de betekenis van steekkap van gewelf toegekend - jp0106), 471 ("Troggewelf: tongewelf waarvan de welflijn een gedeelte van een halve cirkel is. Het heeft een geringe pijl en wordt in veelvoud gemetseld tussen houten of ijzeren liggers. De lagen van het metselwerk lopen evenwijdig aan de kruinlijn. Toegepast b.v. over kelders, trochwulfsel: 1640 Den Haag, Huis aan de Boschlant. Vgl. steekgewelf" - dit is de relevante tekst volledig, zonder de bronvermelding; getekend is de variant op houten balken)
- Thunnissen, H.J.W., Gewelven. Hun constructie en toepassing in de historische en hedendaagse bouwkunst. Amsterdam (Ahrend), 1950. [351 blz. ISBN -]. Hierin "Troggewelven aangebracht tussen ijzeren balken": blz. 3
- Vigan, Jean de, Le petit Dicobat. Dictionnaire général du bâtiment. Ris-Orangis (Arcature), 1994. [957 blz. ISBN 2.9504805.2.7]. Hierin "Plancher à voûtains en briques": blz. 902 (getekend met H-balken)
- Koepf, Hans, Bildwörterbuch der Architektur. Deel in de serie 'Kröners Tachenausgabe', nr 194. Stuttgart (Kröner), 1985ongewijzigde herdruk van 2e druk uit 1974/1e druk 1968. [451 blz. ISBN 3.520.19402.3]. Hierin "Preussische Kappen": blz. 178 ("Aus einzelnen Kappen können auch ganze Gewölbe gebildet werden, so nennt man aneinandergereihte Tonnensegmente Preussische Kappen" - dit is de relevante tekst volledig. Getekend is een troggewelf op H-balken)